De verlaten stranden, voor zolang het nog duurt.

23 september 2018 - Bali, Indonesië

En daar zitten we dan, in onze laatste bestemming van deze reis. Het opkomende nieuwe ‘’Kuta’’, wat in een paar jaar net zo overspoeld is met toeristen als de rest van deze kust. Welkom in Canggu. 

Het is op dit moment een beetje, alsof we langzaam al gedag  hebben gezegd tegen Bali. Toen we op het kleine bijzondere eilandje Nusa Lembongan zaten, hadden we nog  veel meer lokale, Balinese elementen. In Uluwatu waren er nauwelijks locals die ceremonies uitvoerden en ondanks dat het een vrij rustige streek is, heerst er een Westerse sfeer.

Ik herinner me nog altijd heel goed wat mij werd verteld, de eerste keer dat ik op Lembongan arriveerde. Vanaf de ''haven'' werden we met kleine truckjes naar ons verblijf gebracht. Er zat onder andere een Australische man in dezelfde truck en tijdens een kort gesprek zei hij dit: 'Het is maar goed dat je nu nog dit eiland bezoekt, want over 5 jaar zal het hele eiland volgebouwd zijn.' Spijtig genoeg, denk ik, dat deze man er niet ver naast zat met het getal 5.

We zouden natuurlijk oorspronkelijk naar Nusa Penida gaan (het grotere eiland naast Nusa Lembongan). Ons plan was daar gewoon voor de dagen, dat we er verbleven, een scooter te huren en lekker over het eiland te cruizen. Alleen we hoorde in één keer van zo veel verschillende mensen, die daar net vandaan kwamen, dat de wegen daar levensgevaarlijk zijn. En ook op een facebook-pagina die ik volg, stonden meerdere berichten dat er ontzettend veel ongelukken gebeuren en niet eens omdat mensen lompe acties uithalen! 
Door dat allemaal te horen werden we beide een beetje ontmoedigd om er heen te gaan. Ik moet eerlijk zeggen, als ik alleen was geweest had ik het misschien wel gedaan, maar dit is geen vakantie voor zulke risico's. Op het laatste moment heb ik alles nog gratis kunnen omboeken en dus na een typisch onmogelijk lange bootreis kwamen we 17 september aan op Nusa Lembongan.  

Er zijn nu eenmaal een aantal dingen waar je je echt aan moet overgeven als je naar landen zoals Indonesië gaat. Eén daarvan is, neem je tijd voor alles en heb vooral geen haast of stress als dat niet nodig is. Stress hebben ze bijvoorbeeld echt een hekel aan hier. Klinkt eigenlijk best goed toch! 
Maar zo gaan de meeste bootreisjes hier ook. Zo waren we om half 10 smorgens opgehaald in Ubud en we kwamen pas om half 5 smiddags aan bij onze Homestay op Lembongan. De bootreis zelf, duurde maar 45 minuten en de afstanden waren niet groot.... Ik moet er wel om lachen en geduld is een schone zaak. Maar uiteraard zijn er een berg mensen die dat simpelweg niet snappen en de sfeer op de boot was om te snijden. Ach ik was hartstikke suf van de reispilletjes, wat maakt het uit. 

Maar goed, eenmaal gearriveerd in onze Homestay werden we met een enorme hoeveelheid liefde en vriendelijkheid ontvangen en we hadden er echt een heerlijk verblijfje aan! Eén van de beste die we hebben gehad. 
En zo waren de dagen op Lembongan heerlijk en ontspannen. We huurde scooters en zijn lekker gaan toeren. De wegen zijn enorm verbeterd en zelfs de hangbrug van Lembongan naar het kleine naastgelegen Nusa Ceningan, is een paar jaar geleden vervangen nadat hij was ingestort. (Dat was best wel een heftige gebeurtenis, omdat er meer dat 10 locals bij zijn omgekomen). 
Op Ceningan vindt je nog wel wat rustige plekjes en het wordt hoofdzakelijk bezocht door surfers. 

We hebben veel gebruik gemaakt van bij-bruin-mogelijkheden, wat gave stukjes langs de kust bezocht en een rondvaartje gedaan door de Mangrovebossen. 
Er is wel weer veel veranderd op het eilandje. Het strand aan de kant van de haven was voorheen vrij rustig, je kon op sommige plekken goed zwemmen en er was een handje vol restaurantjes en warungs waar je uit kon kiezen voor een lekker maaltje. Nu.... Beachclub, na Beachclub. Ieder leeg plekje is voorzien van homestays, hotelletjes en resorts. Gelukkig niet allemaal onbetaalbaar, maar rustig is het er niet meer. 
Zo gingen we ook naar Devils Tear, een magische plek van natuurgeweld, naast een beroemd klein strandje (Dream Beach). 
Daar ga ik weer, maar toen ik dit natuurwonder 3 jaar geleden bezocht was er nauwelijks een naam voor. Niemand wist ervan en je kon het maar vanaf 2 punten bereiken. Nu..... Mijn allemachtige hemel. Er komen aan één ruk door, de hele dag tientalle trucks volgeladen met Chinezen naar deze plek. En wat tref je er nu aan? Een, nog altijd levensgevaarlijke, kliffe-rand met honderden Chinezen die (zelfs op hoge hakken) urenlang met doekjes staan te zwaaien voor de camera's. En als je even niet oplet tijdens het maken van een foto (van de plek waar het om gaat) durven ze je haast van de kliffen af te duwen! Dat is een klein jaar geleden ook werkelijk gebeurt en ik kan je verzekeren dat overleef je niet!

Tja, Bali heeft het afgelopen jaar met meer dan 5 miljoen toeristen te maken gehad. En dat is werkelijk overal te zien. Naast het feit dat ik echt te doen heb met de lokale bevolking, die dit heus niet meer zo prettig vinden en de natuur die er schaamteloos voor wordt verwoest, is dit ook langzamerhand niet meer zo'n geliefde backpackers bestemming. 

Ondanks al die veranderingen is Nusa Lembongan nog steeds mijn favoriete eilandje, de sfeer is nog altijd ontspannen, de bewoners zijn super vriendelijk en het is een heel goed begaanbaar eiland geworden. 
Onze eerste avond heb ik samen met Lucas (de Duitse jongen, die we ontmoet hadden in Kintamani) een drankje gedaan, omdat hij en zijn reisgenootje (Leah) dezelfde dag waren aangekomen op Lembongan. 
Onze laatste avond spraken we weer af, voor het avondeten, maar dan met z'n alle. Later schoven er nog twee meiden aan afkomstig uit Oostenrijk (Diana & Ulrike), vriendinnen van Leah. We hebben echt eeuwig op ons eten moeten wachten, maar het werd echt een ontzettend gezellige avond. Omdat wij de volgende dag vertrokken naar Pecatu (Uluwatu) voor mijn verjaardag, zeiden de andere dat ze gingen proberen dat weekend ook die kant op te gaan om mijn  verjaardag mee te vieren. 

Onze reis naar Uluwatu ging niet helemaal vlekkeloos, maar het ging een stuk sneller dan de heenreis naar Lembongan! En tot onze verrassing werden we (zonder bij te betalen) afgezet bij ons nieuwe verblijf. Pecatu Guesthouse. 
Toen we daar waren, kreeg ik ineens het gevoel alsof ik een verkeerde keuze had gemaakt, specifiek hier te verblijven. De vorige keer zat ik in de dorms en die zijn best goed. Dit keer hadden we een privekamer, maar het was niet de beste kamer die er is..... Ach ja, we doen het er maar mee, het kan (zeker in Azië) ALTIJD erger.
Uiteindelijk werd het allemaal stukken beter, of vooral gezelliger de volgende dag. We waren de hele dag gaan toeren in de omgeving, een goede en vrij rustige omgeving om te scooteren. Via een local kregen we nog een leuke tip voor de volgende dag en na onze ''strandtour'' zijn we naar de beroemde Klif Tempel (Pura Luhur Uluwatu) geweest voor de zonsondergang. 
De tempel zelf is niet zo boeiend en je moet er heel erg oppassen voor de talloze aapjes. Maar het uitzicht op de kliffen is prachtig en het is (als je het mij vraagt) de aller beste plek voor het bezichtigen van de zonsondergang. Nu was het door één of andere reden, de meest wolkloze dag die we deze hele vakantie hebben gehad. Dat betekende dat we een.... sprakeloos mooie zonsondergang kregen te zien. Tot de zon volledig verdween aan de horizon in de Indische oceaan, was het kraakhelder en haast muisstil. 

Die avond had ik weer afgesproken met Lucas, maar ook met Ayoub (de Marokkaanse jongen wonend in Spanje, die we ook hadden ontmoet in Kintamani). Met zijn drieën zijn we naar een wekelijks feestje gegaan in één van de toffe beachclubs in Uluwatu. 
De dag daarna, mijn verjaardag, had ik daardoor wel een klein beetje een trage start. Het verliep dan wel ietsje beter dan ik had verwacht, na de combinatie bier, tequila en cocktails, maar na een goed ontbijt zijn we op het gemakje naar het meest zuidelijke puntje van dit schiereiland gegaan, Pandawa Beach. We kwamen langs gigantische bouwprojecten en volgde de volledig nieuwe doorgaande weg naar deze toekomstige badplaats. ‘Waar komen we nou toch weer terecht?’ Dachten we. Nu was het gelukkig nog heel rustig en we konden er nog goed zwemmen ook. Na een paar uur dobberen en zonnen, moesten we nog even officieel proosten op mijn 26ste verjaardag! En dat deden we bij een naastgelegen beachclub met een veel en veel en veel en veel te dure cocktail (dit was trouwens zelf voor Nederlandse begrippen behoorlijk prijzig), maar ja je wordt niet elk jaar 26 en zeker niet op Bali... (Oke, de vorige keer werd ik 23, maar alsnog is het best een beetje bijzonder) hihi.

Die avond.... Ben ik met de hele groep van het guesthouse en iedereen die ook naar Uluwatu was gekomen die we in de afgelopen weken hadden leren kennen, naar de Padang Padang Beach party geweest. Daarvoor werden er natuurlijk een paar niet al te bescheiden drankspelletjes gespeeld en was de toon al goed mee gezet. Maar..... wat er gebeurt op Padang Padang, blijft op Padang Padang. Om er een algemeen beschaafde samenvatting van te geven, het was echt ontzettend leuk, tot het allerlaatste moment en tot iedereen afscheid had genomen.... Voor een avondje was ik weer even terug in september 2015. 

De volgende ochtend, of gewoon een paar uur later, was ik natuurlijk niet echt fris en fruitig. Maar na 10 liter water, licht ontbijtje en een gruwelijk zure ''Orange Juice'' was ik helder genoeg om een interessant gesprek te voeren met een jongen van het hostel. James heette hij, afkomstig uit Cornwall, UK. Hij is net zo oud als mij en heeft een bijzondere kijk op de wereld. Sommige zouden hem beschrijven als een aparte variant van de 21 eeuwse hippie die misschien wel een homo zou kunnen zijn... Mijn beschrijving; een vrij denkende, jonge gast die opzoek is naar zijn roeping op deze wereld en het juiste pad om zijn doelen te bereiken, met een goddelijk lichaam en prachtige ogen. 
Ondanks dat alles in mijn lichaam schreeuwde om een ''kater-dutje'', bleven we praten. Toch moesten we op een gegeven moment echt de laatste spulletjes inpakken en ons klaarmaken voor de allerlaatste bestemming van onze reis: Canggu. 

 

Dit laatste verslag heb ik eigenlijk op drie verschillende dagen geschreven. De bedoeling was, dat ik het zou afronden net vóór we de taxi in zouden springen naar het vliegveld van Bali. 
Die missie is mislukt doordat de batterij net iets te vroeg leeg was en de oplader natuurlijk diep verstopt zat in één van onze grote rugzakken. Typisch. 
Want op dit moment zit ik weer aan mijn eigen bureautje, in mijn kamer, in Middelburg. Ach, als ik dit even vergeet en doe alsof ik niet ingewikkeld ben in drie paar kleren.. Af en toe even een fotootje bekijk van Bali en de juiste playlist op Spotify blijf luisteren, ben ik nog even in Bali en neem ik jullie nog mee naar Canggu.

Voor de laatste 2 nachtjes had ik een mooi hotel geboekt. Kostte wat meer (nog altijd goed betaalbaar) en het was dicht bij het strand. Ik had in de reviews wel het een en ander gelezen over ''gehorigheid'' van de kamers... Maar dit soort dingen worden zo ontzettend vaak zwaar overdreven. Vooral in landen zoals Bali, gaan er vaak mensen in hotels zitten die Van Der Valk kwaliteit verwachten voor Indonesische prijzen... 
Alleen met mijn luchtige gedachte over deze reviews, heb ik een klein beetje de plank misgeslagen. Het is echt een prachtig hotel, over ieder detail (qua aankleding) is nagedacht en ze hadden een dakterras met zwembad en een fantastisch uitzicht. Ohja, en een hele goede keuken en WARME regendouches!! Die gehorigheid, ja, die was best extreem. Plus we hadden ook nog eens de pech dat er in alle kamers om ons heen, hele hele asociale Britse dames zaten. 
Ondanks dat we daardoor en het feit dat de bedden niet al te best waren, makkelijk iets anders hadden kunnen vinden, zijn we gewoon gebleven. Voor de rest was het echt perfect en het personeel was zo ontzettend lief! 
Zo heb ik nog een hele band gecreëerd met de Operator Manager van het hotel, mega leuke jonge vrouw die behoorlijk wat voor de kiezen krijgt met al die aso-gasten...! 

Canggu was drie jaar geleden nog verre van populair. Seminyak (was ernaast ligt) was toen helemaal ''It'' met haar gigantische resorts, hotels en luxe restaurants en nachtleven voor iedereen met een redelijk goed gevulde westerse portemonnee. 
Maar nu is Canggu er ook bijgetrokken. Aan het strand zijn de beachclubs waar ik (denk ik) niet eens naar binnen word gelaten, maar voor de rest bestaat het vooral uit een ontelbare hoeveelheid eettentjes en winkels. Overal wordt er natuurlijk volop gebouwd, maar voor nu was het wel heel leuk en er ging een goede sfeer!

Het strand is zwart, de zee is best ruig en het is een bekende plek onder de surfers. En zo hebben we lekker relaxed van onze laatste dagen genoten. Wat gewinkeld, nog een beetje extra bij bruinen, een massage en afgesproken met mijn nichtje die hier voor lange tijd verblijft. 
Dat was ook onze reden om de laatste dagen in Canggu te verblijven. Mijn nichtje Lisa, verblijft hier voor onbepaalde tijd en is bezig met het opzetten van een webshop waar ze lokale producten op zal verkopen. Ondertussen is ze nog wel bezig met meerdere projecten om aan een leefbaar inkomen te voldoen. Het is niet heel erg makkelijk, maar je moet ergens beginnen en ze doet het in feite ook helemaal zelf. En zo hadden we een bijzonder en ontzettend leuk familie diner op onze laatste avond. 

Ik zou nog uren door kunnen typen over het uitzicht wat ik had, toen ik begon aan dit laatste verhaal. Of hoe ontzettend fijn de zon op mijn huid voelde, met de voorbij waaiende wierrook of de geur van vers bereidde Mie Goreng die mijn buurman zit te eten. De -niet te vergelijken- smaak van een mango juice. 
Zelfs nu, ik de extreme veranderingen van het onophoudelijke aanvoerende toerisme heb gezien, blijf ik de liefde voor dit eiland met elke hartslag voelen. Mijn moeder begrijpt nu nog beter waarom ik me zo gelukkig voelde toen ik de eerste keer alleen mijn weg baande in Bali (en Lombok). 

Tot slot heb ik nog een bepaalde uitspraak met bijzondere betekenis opgevangen terwijl ik een kort gesprek voerde met een voorbijganger, eerder deze reis. 
Toen we gedag zeiden, zei hij: ''Have a nice life, cause we'll propaply never meet again''. En het is precies wat hij zei. 
Eén van mijn favoriete elementen aan reizen, is het ontmoeten van nieuwe mensen van over de hele wereld. Maar 90 procent van die mensen zie je nooit meer. We vinden het (in vrijwel elk land) gebruikelijk om te zeggen ''Have a nice day'', maar waarom zou je iemand alleen een fijne dag wensen, als je degene waarschijnlijk nooit meer ziet? Dus daarom zeg, zolang je het meent vanuit je hart, ''Have a nice life''!

Foto’s

1 Reactie

  1. Peter:
    27 september 2018
    Lieve Rianne, ik heb genoten van je verslag, van begin tot eind! Ik voelde me het kleine grijze muisje dat meegereisd was in jouw koffer!
    Peter